Niets houdt de stijging van de vastgoedkredieten meer tegen. Ondanks het van overheidswege opgelegde plafond in de strijd tegen de ‘woekerrente’, blijven de banken de rente voor de particuliere financiering van een huis of een appartement zoveel mogelijk verhogen. Bleef de gemiddelde hypotheekrente in oktober nog steken op 2,09%, de nieuwe gemiddelde rentevoet in november 2022 bedraagt alweer 2,25%. Dat is dus een stijging van 0,16 procent in één maand. Als dit een jaar zo doorgaat, betalen we eind 2023 bijna twee procent méér en komen we boven de 4% uit!
Ik vrees dat deze stijging van de rente voorlopig niet zal stoppen. Zodra de renteplafonds op 1 januari worden opgetrokken, zullen de banken hun tarieven binnen de nieuwe grenzen zoveel mogelijk verhogen. Dit betekent ook dat de banken voorlopig even rustig aan doen. Liever dan met verlies of met een zeer lage marge geld uit te lenen, geven de kredietverstrekkers er voorlopig de voorkeur aan de dossiers zoveel mogelijk op de lange baan te schuiven en geen projecten meer te financieren.
In de praktijk blijkt dat de stijgende rente voor de gemiddelde huizenkoper leidt tot een verlies aan leencapaciteit van ongeveer 10 tot 15%. Als je regelmatig online zoekt op vragen als “hoeveel te lenen met een salaris van 1800 euro” of over “welk salaris om 300.000 euro te lenen”, zul je ontdekken dat de leenbedragen dalen en de vereiste inkomensnorm stijgt.
Wat dit in de praktijk allemaal betekent, zou begin 2023 wat duidelijker moeten worden. Enerzijds kunnen de Franse banken met de nieuwe plafonds de hypotheken duurder maken. Anderzijds zullen ze toch ook hun targets willen halen en dus een minimum aantal vastgoedleningen willen afsluiten. Dus ze kunnen de rente ook weer niet té hoog optrekken, want dan verdienen ze niks meer. En iedereen weet dat er voor de banken maar één ding erger is dan weinig verdienen. En dat is niks verdienen.